Mindfulness en gezondheid

Traditionele context in relatie tot mindfulness-meditatie

Het ketogeen dieet bestaat uit veel vet, relatief weinig eiwitten en weinig koolhydraten. De verhoudingen voor wat betreft energie liggen hierbij op bijvoorbeeld 70% vet, 20% eiwit en 10% koolhydraten of kunnen variaties hiervan zijn. Zie het artikel: "5 Most Common Low-Carb Mistakes (And How to Avoid Them)" en het artikel van David Perlmutter: "Grain Brain Math".
In het boek "Health through balance, an introduction to Tibetan medicine" gepubliceerd in 1986 geeft Dr. Yeshi Donden, die eerder 20 jaar de arts van de Dalai Lama was geweest, aan dat Tibetanen veel vet in de vorm van geklaarde boter (ghee) drinken en geeft hierbij aan dat dit vet een positieve invloed op bepaalde cognitieve functies heeft.
Clarified butter, or ghee, which is made by boiling butter that has not aged too much and removing the impurities that collect on the surface, makes your intelligence sharp, clears the faculty of memory, produces warmth greatly in the body, generates physical strength, and increases life span. Clarifief butter is the supreme of oils, having thousands of capacities.

Dr. Yeshi Donden in "Health through balance, an introduction to Tibetan medicine"
In Tibet we drink clarified butter a lot. We boil it in the evening, remove the impurities, then maybe add some honey or sugar, and drink it in place of tea -- even a big cup. Take it when it is still hot, like tea.

Dr. Yeshi Donden in "Health through balance, an introduction to Tibetan medicine"
In Tibet the tantric monks drink three to four cups a day whereas others have a single cup. A sharp mind and a clear memory bring more introspection as well as the ability to keep things in mind. If even though you have a clear mind you do not have sharp memory, you cannot keep your mind on what you are thinking.

Dr. Yeshi Donden in "Health through balance, an introduction to Tibetan medicine"
Tibetanen staan daarnaast ook bekend om het drinken van boterthee met daarin ook zout. Zie de onderstaande link "Boterthee" en ook de film: "The saltmen of Tibet". Deze film laat ook het belang van zout in het Tibetaanse voedingspatroon zien.
Dat Tibetanen veel vet consumeren heeft er waarschijnlijk ook mee te maken dat het in Tibet nogal koud kan zijn en ze geen moderne middelen van verwarming hadden, zodat hun lichaam meer energie nodig heeft om op temperatuur te kunnen blijven.
Als een schatting gemaakt wordt van wat Tibetaanse monnikken consumeren en waarschijnlijk de afgelopen eeuwen geconsumeerd hebben dan komen de verhoudingen aan energie overeen met het ketogeen dieet.
Dr. Yeshi Donden geeft aan dat Tibetaanse monnikken zo'n 3 a 4 koppen pure geklaarde boter per dag drinken. Als elke kop zo'n 150 gram vet bevat dan resulteert dit minimaal in 450 gram vet per dag en die hoeveelheid bevat zo'n 4000 kcal (9 x 450 = 4050). In Tibet worden ook granen gegeten maar het lijkt erop dat granen niet veel verbouwd werden in Tibet voor 1959 omdat ze ook geïmporteerd werden uit India en Nepal, zie het gedeelte "Economie tot 1959" op de wikipedia-pagina: "Economie van Tibet". Vanwege de moeilijkere manier om aan granen te komen zou het daarom kunnen dat Tibetanen relatief weinig koolhydraten aten.
Een andere reden waarom aangenomen kan worden dat er weinig koolhydraten gegeten werden kan de vetverbranding op zichzelf zijn. Dr. Yeshi Donden geeft aan dat ghee voor veel warmte productie in het lichaam zorgt wat betekent dat de vetten die op deze manier gegeten worden in energie omgezet worden en er dus veel vetverbranding plaatsvindt. De mate van vetverbranding is gerelateerd aan het insulinegehalte waarbij er meer vetverbranding is als het insulinegehalte lager is. Als er veel koolhydraten gegeten worden is het insulinegehalte hoger omdat insuline nodig is bij de verwerking van het bloedsuiker, zodat er dan minder vetverbranding is en het lichaam vetten vooral opslaat.
Zie voor meer informatie de voordracht van professor Jeff Volek "Jeff Volek: The Many Facets of Keto-Adaptation: Health, Performance, and Beyond" waarin hij de niet-lineaire-relatie tussen insuline en fat-breakdown/oxidation/burning bespreekt tussen 6 en 8 minuten in die voordracht. Ook laat hij na ongeveer 11 minuten in die voordracht zien dat de mate van vet-oxidatie gerelateerd is aan de consumptie van koolhydraten waarbij minder vetverbranding plaatsvindt als meer koolhydraten gegeten worden.
Ook wordt op de wikipedia-pagina: "Economie van Tibet" aangegeven dat in Tibet vooral vlees gegeten en boterthee gedronken werd. Tibetaans Boeddhistische monnikken zullen vanwege religieuze redenen niet onnodig veel dieren doden om aan vlees te komen. Het is waarschijnlijk dat Tibetanen vooral met hun dieren leefden en voor hun dieren zorgden en dat dieren alleen gedood werden als ze ziek of gewond geraakt waren en niet meer genezen konden worden, zie ook de film "The saltmen of Tibet". Het vlees werd daarna dan niet weggegooid en verspild maar opgegeten. Het zou daarom kunnen dat Tibetaans Boeddhistische monnikken ook relatief weinig eiwitten aten. Hierbij speelt ook dat ook eiwitten (hoewel minder dan koolhydraten) insuline kunnen triggeren zodat als veel eiwitten gegeten worden dit ook vetverbranding (en dus warmte-ontwikkeling in het lichaam) in de weg kan zitten.
De hoeveelheid koolhydraten die gegeten werden door monnikken zou wellicht geschat kunnen worden op 75 gram per dag en de hoeveelheid eiwit per dag op een vergelijkbare hoeveelheid. Op basis van die schatting zijn de verhoudingen tussen de energieinname via vetten, eiwitten en koolhydraten: 4000 : 300 (75 *4) : 300 = 87% : 6.5% : 6.5%. Hierbij is niet meegenomen dan monnikken waarschijnlijk ook boterthee drinken wat naast zout ook vet bevat.
Hoewel het bovenstaande gebaseerd is op een schatting lijkt het erop dat Tibetaanse monnikken door de eeuwen heen een ketogeen dieet geconsumeerd hebben. Dr. Yeshi Donden geeft als reden voor de grote consumptie van geklaarde boter ook aan dat dit gerelateerd is aan betere cognitieve functies zodat Tibetaanse monnikken waarschijnlijk in het verleden gemerkt hebben dat hun meditatie verbeterde als gevolg van dit voedingspatroon. En dat kan verklaard worden aan de hand van de ketonen die hierbij ontstaan en de positieve invloed van ketonen op de hersenen.
Dr. Yeshi Donden geeft in het boek "Health through balance, an introduction to Tibetan medicine" ook aan dat babies in Tibet als eerste voeding boter krijgen nog voordat ze borstvoeding krijgen. Dit geeft ook aan hoe belangrijk boter is in de Tibetaanse traditie, waarvan ze verschillende vormen hebben.
De Dalai Lama beoefent ook "intermittent fasting", hoewel hij dat waarschijnlijk niet zo noemt omdat het voor hem onderdeel is van zijn traditie. In een documentaire " vertelde hij dat (boeddhistische) monnikken na de lunch niet meer eten, zie de link "Sunrise, Sunset, 24 uur met de dalai lama". Hij had nog wel "evening tea", maar die zal waarschijnlijk niet veel koolhydraten bevatten maar wellicht wel wat vet omdat dit waarschijnlijk boterthee is. De Dalai Lama slaat in feite het avondeten over want hij heeft wel ontbijt en lunch waardoor hij per etmaal ook een lange periode heeft waarin hij niet eet.
In die documentaire is ook te zien dat de Dalai Lama ook aan hardlopen doet zodat de Dalai Lama op die manier ook aerobische beweging krijgt. Daarnaast is in de film te zien dat hij ook "prostrations" doet. Dit is een traditionele religieuze oefening, maar kan ook gezien worden als een aerobische oefening. Als in totaal 108 (een symbolisch getal in het Boeddhisme) "prostrations" gedaan worden dan duurt deze oefening ongeveer een half uur.
In de Tibetaans Boeddhistische traditie worden naast meditatie ook veel visualisatie oefeningen beoefend.
Het idee van "lineage" is in de Tibetaans Boeddhistische cultuur belangrijk zodat eerder verkregen inzichten en wijsheden onveranderd doorgegeven worden van generatie op generatie en niet verloren gaan. Het is daarom aannemelijk dat bovenstaande gebruiken al eeuwen toegepast werden.
Het is opvallend dat de gezondheidseffecten van de traditionele gebruiken van de Tibetaans Boeddhistische cultuur die waarschijnlijk al eeuwen bestaan zoals het consumeren van veel vet en zout en relatief weinig koolhydraten, intermittent fasting, voldoende aerobische beweging, visualisatie en meditatie tegenwoordig bevestigd worden door wetenschappelijk onderzoek.

Links